afvinken maar
Stap 1: Materialen verzamelen
Cobra Olieverf (waterbasis)
◫ 409 Gebrande Omber +++
◫ 408 Rauwe (groene) Omber +++
◫ 411 Gebrande Sienna +++
■ 227 Gele Oker +++
□ 265 Transparant Oxidegeel +++
■ 105 Titaanwit +++ (geen zinkwit)
■ 701 Ivoorzwart (Beender) +++
□ 504 Ultramarijn Blauw +++
■ 303 Cadmium rood (licht) +++
◫ 389 Kraplak rood +++
□ 419 Rode Oker +++
◪ 311 Vermiljoen +++
◪ 403 Van Dijk Bruin +++
◫ 629 Groene aarde +++
◫ 409 Gebrande Omber +++
◫ 408 Rauwe (groene) Omber +++
◫ 411 Gebrande Sienna +++
■ 227 Gele Oker +++
□ 265 Transparant Oxidegeel +++
■ 105 Titaanwit +++ (geen zinkwit)
■ 701 Ivoorzwart (Beender) +++
□ 504 Ultramarijn Blauw +++
■ 303 Cadmium rood (licht) +++
◫ 389 Kraplak rood +++
□ 419 Rode Oker +++
◪ 311 Vermiljoen +++
◪ 403 Van Dijk Bruin +++
◫ 629 Groene aarde +++
Mediums:
- Universeel Schildermedium (bijv. Cobra Medium mix 100)
- Verdunningsmiddel (bijv. Cobra thinner 088)
- Glaceermedium (bijv. Cobra 092)
- Sneldrogende medium (bijv. Cobra 093)
- Penseel reiniger (bijv. Cobra 104) (how to video)
- Textuurmedium (bijv. Marmerslijp fijn 100 gr bij impasto)
- Verdunningsmiddel (bijv. Cobra thinner 088)
- Glaceermedium (bijv. Cobra 092)
- Sneldrogende medium (bijv. Cobra 093)
- Penseel reiniger (bijv. Cobra 104) (how to video)
- Textuurmedium (bijv. Marmerslijp fijn 100 gr bij impasto)
Penselen en kwasten:
1. Brede platte synthetische kwast (maat 20 -30)
Voor gesso onderschildering en imprimatura.
Voor gesso onderschildering en imprimatura.
2. Ronde synthetische penselen (maat 0, 1 ,2 ,4 en 6)
Voor de meeste details en zachte overgangen
Voor de meeste details en zachte overgangen
3. Platte korte synthetische penselen (maat 4, 8, 16)
Voor scherpe schaduwen in transparante lagen.
4. Platte lange synthetische penseel (maat 8, 10, 16)
Voor glaceren en subtiele transparante lagen.
Voor scherpe schaduwen in transparante lagen.
4. Platte lange synthetische penseel (maat 8, 10, 16)
Voor glaceren en subtiele transparante lagen.
5. Kattentong synthetische penseel (maat 8)
Voor zachte overgangen en licht/doodverf.
Voor zachte overgangen en licht/doodverf.
6. Brede ronde kwast (maat 16-20, varkenshaar)
Voor impasto en dikke verflagen.
Voor impasto en dikke verflagen.
7. Waaierpenseel synthetisch (maat 4)
Voor mengen en zachte kleurovergangen.
Voor mengen en zachte kleurovergangen.
tip voor gebruikers van verf op waterbasis
Synthetische penselen bij gebruik van verf op waterbasis
Er wordt online geregeld varkenshaar genoemd, maar voor watervermengbare verf werken synthetische penselen als Da Vinci Grigio of Rosemary & Co (Shiraz of Eclipse series) vaak beter bij onderschilderingen en glaceren, omdat ze hun vorm beter behouden bij gebruik met water. Voor meer info over verschillende soorten penselen, vormen en haartypen klik je op de button.
Overige Materialen
- Model of foto als referentie
- Palet 30x40 cm (rechthoekig van hout, papier of glas)
- Schilderstok (effectief voor kleine details aanbrengen)
- Gesso (+water om aan te mengen)
- Fixatief (Spray voor fixeren houtskool schets)
- Keukenrol papier
- Paneel (ACM Dibond of MDF + 3 lagen Golden Gesso)
of Schildersdoek (Linnen + 3 lagen Golden Gesso)
- Houtskool (of krijt wit of rood)
- Natte doek (voor correcties en zachte overgangen)
- Paletmes (blad 8-10 cm) of spatel voor impasto (dik schilderen)
- Fijn schuurpapier (p200-p600) + Stofkapje
- Ontvetter als Ammonia of St. Marc
- Droge zachte doeken (bij schoonmaken ondergrond)
- Verfschraper
- Optioneel: Luchtdichte Masterson paletbox voor langer nat houden van je (palet)verf
- Palet 30x40 cm (rechthoekig van hout, papier of glas)
- Schilderstok (effectief voor kleine details aanbrengen)
- Gesso (+water om aan te mengen)
- Fixatief (Spray voor fixeren houtskool schets)
- Keukenrol papier
- Paneel (ACM Dibond of MDF + 3 lagen Golden Gesso)
of Schildersdoek (Linnen + 3 lagen Golden Gesso)
- Houtskool (of krijt wit of rood)
- Natte doek (voor correcties en zachte overgangen)
- Paletmes (blad 8-10 cm) of spatel voor impasto (dik schilderen)
- Fijn schuurpapier (p200-p600) + Stofkapje
- Ontvetter als Ammonia of St. Marc
- Droge zachte doeken (bij schoonmaken ondergrond)
- Verfschraper
- Optioneel: Luchtdichte Masterson paletbox voor langer nat houden van je (palet)verf
een goed fundament vormt de basis
Stap 2: Prepareren (getinte) ondergrond
Het prepareren van de ondergrond is een belangrijke stap en de wijze waarop hangt af van de beelddrager. Ieder type beelddrager heeft zijn eigen voor- en nadelen. Of je nu kiest voor het gebruik van aquarelpapier, canvasboards, voorbespannen linnen doek, paneel (MDF, hardboard of alupanel als Dibond acm) Gessoboard of een zelf op te spannen schildersdoek. De ene is handig voor vluchtig gebruik, de ander vergt uitgebreidere voorbereiding. Bij panelen is het goed om de ondergrond eerst even schoon te maken met ammonia (of St. Marc) voordat je de Gesso lagen aanbrengt.
3 lagen gesso aanbrengen
Eerste laag Gesso
Doel: Een goede hechting met de ondergrond, dringt goed in. Aanpak: Heel licht schuren/ opruwen met zeer fijn schuurpapier p240-p600 en vervolgens schoonvegen met een schone doek. Met de brede platte kwast de Gesso met 20% water verdund aanbrengen - Ongeveer 1 uur droogtijd.
Eerste laag Gesso
Doel: Een goede hechting met de ondergrond, dringt goed in. Aanpak: Heel licht schuren/ opruwen met zeer fijn schuurpapier p240-p600 en vervolgens schoonvegen met een schone doek. Met de brede platte kwast de Gesso met 20% water verdund aanbrengen - Ongeveer 1 uur droogtijd.
Tweede laag Gesso
Doel: Voor structuur opbouwen, dekking verbeteren en eventueel een eerste basiskleur als ondergrond. Aanpak: Eerste laag opschuren met fijn schuurpapier. (stofkapje op) en verdunde Gesso (10% water) of onverdunde Gesso aanbrengen + eventueel al mengen met een matte acrylverf (bijv. Rode Oker of Gebrande Sienna) lichtjes aanbrengen met zachte synthetische kwast. Gesso van onderlaag mag licht doorschijnen - Ongeveer 1 uur droogtijd.
Derde laag Gesso
Doel: Voor structuur opbouwen, dekking verbeteren en eventueel een eerste basiskleur als ondergrond. Aanpak: Eerste laag opschuren met fijn schuurpapier. (stofkapje op) en verdunde Gesso (10% water) of onverdunde Gesso aanbrengen + eventueel al mengen met een matte acrylverf (bijv. Rode Oker of Gebrande Sienna) lichtjes aanbrengen met zachte synthetische kwast. Gesso van onderlaag mag licht doorschijnen - Ongeveer 1 uur droogtijd.
Derde laag Gesso
Doel: Eindstructuur creëren (glad of juist levendig), egale dekking + eventueel een 2e basiskleur voor ondergrond. Aanpak: Gesso onverdund opwerken tot een ‘mousse-achtige’ dikte in derde laag + matte(!) acryl kleur zoals modderig grijs (van omber, ivoorzwart en wit) voor een neutrale basis. Ook de randen goed meenemen - Ongeveer 1 uur droogtijd.
Daarna nog even kort opschuren, schoonmaken en je bent klaar voor de volgende stap! Hieronder een voorbeeld van een gekleurde onderlaag (ook wel imprimatura) van gebrande omber en gebrande sienna, op linnen.
Daarna nog even kort opschuren, schoonmaken en je bent klaar voor de volgende stap! Hieronder een voorbeeld van een gekleurde onderlaag (ook wel imprimatura) van gebrande omber en gebrande sienna, op linnen.

Imprimatura van Gebrande Sienna en Gebrande Omber
een sterke compositie vol spanning of harmonie
Stap 3: Compositie & kleurstrategie
Compositie bepalen
Of je nu in opdracht van een klant gaat schilderen of voor jezelf, je zult keuzes moeten maken voor de compositie. De compositie is de manier waarop onderdelen in je werk zijn gerangschikt. Het bepaalt hoe je oog door het beeld wordt geleid en welke elementen de meeste aandacht trekken. Kijk daarbij niet alleen naar de te kiezen grootte en plaats, maar ook naar de draaiing van je onderwerp;
Een recht van voren geplaatst portret straalt waardigheid uit. Een gekanteld hoofd maakt het portret levendiger en expressiever. De grootte en plaatsing van het onderwerp beïnvloeden de blik van de kijker.

Recht - Waardig

Gekanteld - Levendig

Hoofd klein - Kijkrichting breed
Spanning of harmonie door kleurstrategie
Na het maken van keuzes voor de compositie, is het zaak om te bepalen hoe je deze optimaal tot zijn recht gaat laten komen. Maak van tevoren een keuze over hoe je spanning of juist rust en harmonie in je compositie brengt met kleur en toonwaarden. Om je op weg te helpen:
Portret met contrasterende kleurtemperatuur:
Werken met Warm / Koud contrast - rode kleuren vermengd met geel voelen warm en dichtbij. Dezelfde rood vermengd met blauw oogt juist koel en verder weg. Handig voor contouren in het gezicht.
Werken met Warm / Koud contrast - rode kleuren vermengd met geel voelen warm en dichtbij. Dezelfde rood vermengd met blauw oogt juist koel en verder weg. Handig voor contouren in het gezicht.
Portret met sterke toonwaarden:
Vertrekpunt toonwaarden biedt een sterk contrast in Donkere en lichte kleuren tegenover elkaar. Dit kan met wit, grijs en zwart tinten maar ook in kleur.
Een complementair portret:
Contrast inbouwen met tegengestelde kleuren in de kleurwaaier, zoals groen tegenover rood.
Vertrekpunt toonwaarden biedt een sterk contrast in Donkere en lichte kleuren tegenover elkaar. Dit kan met wit, grijs en zwart tinten maar ook in kleur.
Een complementair portret:
Contrast inbouwen met tegengestelde kleuren in de kleurwaaier, zoals groen tegenover rood.
Blikvangers in een onverzadigd portret
Een enkel fel (verzadigd) kleur element contrasteert enorm in een overwegend grijstinten (onverzadigde) omgeving.
Een enkel fel (verzadigd) kleur element contrasteert enorm in een overwegend grijstinten (onverzadigde) omgeving.
Een harmonieus portret
Palet van analoge (gemeenschappelijke) kleuren (zoals aardetinten; omber/ sienna/gele oker/ zwart/wit) brengen rust en harmonie.
Vertrekpunt kleursoorten:
1. Primaire kleurcontrasten: Schilderij opgebouwd uit Rood/ blauw/ Geel + per kleur een warme en koele variant erbij mengen
2. Secundaire kleurcontrasten: Schilderij opgebouwd uit groen, oranje, paars + per kleur een warme en koele variant erbij mengen.
Palet van analoge (gemeenschappelijke) kleuren (zoals aardetinten; omber/ sienna/gele oker/ zwart/wit) brengen rust en harmonie.
Vertrekpunt kleursoorten:
1. Primaire kleurcontrasten: Schilderij opgebouwd uit Rood/ blauw/ Geel + per kleur een warme en koele variant erbij mengen
2. Secundaire kleurcontrasten: Schilderij opgebouwd uit groen, oranje, paars + per kleur een warme en koele variant erbij mengen.
kies de manier die bij je past
Stap 4: Het opzetten van de eerste schets
Afhankelijk van je niveau van observeren en tekenen kies je een methode om de schets zo treffend mogelijk op het doek te krijgen. Schetsen doe je het liefst hee licht met houtskool, (wel fixeren om later problemen te voorkomen bij schoonmaken van de grisaille!) potlood, krijt of meteen met verf. Bij portretschilderen helpt (basis) kennis over de anatomie van het gezicht. Het maakt daarnaast verschil of je met een levend model werkt of vanaf een bestaande beelddrager zoals een foto.
Portretschilderen met een levend model
Heb je de mogelijkheid om met een levend model te werken, dan is het verstandig eerst een losse schets op te zetten met houtskool (of met wit of rood krijt, geen zwart) of verf. Zonder in details te verzanden. Gebruik hulplijnen om de plaatsing van ogen, neus en mond te structureren. Het hoofd is opgebouwd uit grote volumes (voorhoofd, neus, jukbeenderen, kin) met kleinere volumes binnen deze vormen (neusvleugels, oogkas, lippen).
Heb je de mogelijkheid om met een levend model te werken, dan is het verstandig eerst een losse schets op te zetten met houtskool (of met wit of rood krijt, geen zwart) of verf. Zonder in details te verzanden. Gebruik hulplijnen om de plaatsing van ogen, neus en mond te structureren. Het hoofd is opgebouwd uit grote volumes (voorhoofd, neus, jukbeenderen, kin) met kleinere volumes binnen deze vormen (neusvleugels, oogkas, lippen).

portretverhoudingen_gezicht

Eerste lijnen gezicht live model (houtskool)

Losse schets als basis
Portretschilderen vanaf een foto
Werk je vanaf een (digitaal) bestaand beeld zoals een foto? Dan kan het handig zijn om over een foto een raster te tekenen. Dit raster neem je vervolgens over op je eigen beelddrager waardoor je houvast hebt om nauwkeuriger te tekenen. Immers, je weet precies in welk vakje wat zou moeten zitten wanneer je naar het voorbeeld kijkt. Dit wordt ook gedaan met beeldprojectie (beamer) op het doek, waarna de hele compositie kan worden overgetrokken.
Werk je vanaf een (digitaal) bestaand beeld zoals een foto? Dan kan het handig zijn om over een foto een raster te tekenen. Dit raster neem je vervolgens over op je eigen beelddrager waardoor je houvast hebt om nauwkeuriger te tekenen. Immers, je weet precies in welk vakje wat zou moeten zitten wanneer je naar het voorbeeld kijkt. Dit wordt ook gedaan met beeldprojectie (beamer) op het doek, waarna de hele compositie kan worden overgetrokken.

8 x 8 raster over de originele foto

Begin vullen raster tekening

8 x 8 raster op een Alu panel uitgetekend

houtskool tekening op linnen
de vorm en compositie vastleggen
Stap 5: De onderschildering
Je onderschildering is de bouwtekening of skelet van je schilderij. In de onderschildering creëer je tonale harmonie. Deze laag is vaak semi-transparant en wordt dun aangebracht. Mager, dus spaarzaam verdund met wat water (of terpentine bij klassieke olieverf). Je werkt monochroom (vaak in aardse tinten als gebrande omber) en het draait vooral om de plaatsing, proporties, tonale opbouw en grote vormen. De nadruk ligt hier dan ook op licht/donker contrasten (tonen), niet op kleur.

Onderschildering met Gebrande Omber op Dibond

Onderschildering met Gebrande Omber op linnen
Materiaal en techniek
Meng de Gebrande (of rauwe) Omber spaarzaam met wat water (of terpentine bij klassieke olieverf) om te verdunnen. Eventueel verdun je nu al met een Thinner (verdunningsmiddel), maar in deze fase is dat minder gebruikelijk i.v.m. droogtijd. Een vleugje Gele of Oranje Oker kan warmte toevoegen, evenals gebrande sienna voor de meest rode stukken… maar is (nog) niet noodzakelijk. Let goed op de overgang tussen belichte en schaduwrijke delen. Soms harde overgangen, soms zachte. Werk niet te donker in deze fase.
Meng de Gebrande (of rauwe) Omber spaarzaam met wat water (of terpentine bij klassieke olieverf) om te verdunnen. Eventueel verdun je nu al met een Thinner (verdunningsmiddel), maar in deze fase is dat minder gebruikelijk i.v.m. droogtijd. Een vleugje Gele of Oranje Oker kan warmte toevoegen, evenals gebrande sienna voor de meest rode stukken… maar is (nog) niet noodzakelijk. Let goed op de overgang tussen belichte en schaduwrijke delen. Soms harde overgangen, soms zachte. Werk niet te donker in deze fase.
Tweede fase onderschildering: Reinigen
Zorg dat je onderschildering droog is. Voor een goede hechting en het verwijderen van eventuele houtskool resten reinig je je doek of paneel eerst. Meng in een potje: 1 deel ammonia + 5 delen water. Gebruik een katoenen lapje (bijv. van een oud T-shirt), bevochtig het licht met het mengsel en veeg je ondergrond schoon. Laat 5–10 minuten drogen. Mocht blijken dat je nu bepaalde donkere delen opnieuw moet doen omdat de houtskool daar nog de toon zetten, dan kun je dit nu goed bijwerken.
Zorg dat je onderschildering droog is. Voor een goede hechting en het verwijderen van eventuele houtskool resten reinig je je doek of paneel eerst. Meng in een potje: 1 deel ammonia + 5 delen water. Gebruik een katoenen lapje (bijv. van een oud T-shirt), bevochtig het licht met het mengsel en veeg je ondergrond schoon. Laat 5–10 minuten drogen. Mocht blijken dat je nu bepaalde donkere delen opnieuw moet doen omdat de houtskool daar nog de toon zetten, dan kun je dit nu goed bijwerken.
een monochrome onderschildering in toonwaarden
Stap 6: Licht en Doodverf (Grisaille)
Wat is doodverf?
Doodverf is een techniek waarbij je in wit/ grijze of bruine tonen (monochroom) werkt om de verdeling van licht en donker te bepalen voordat je kleuren toevoegt. Dit helpt om een solide basis te leggen voor de uiteindelijke kleur- en tooncontrasten. Doel: Een eerste indruk van volume, lichtinval en sfeer. Je brengt lichtaccenten aan op de juiste vlakken (zoals het voorhoofd, neusbrug, jukbeenderen). Beschouw het model als vlakken door de ronde vormen te vereenvoudigen en onderzoek het lichteffect op de verschillende vormen — hoe het gezicht als sculptuur oplicht.
Doodverf is een techniek waarbij je in wit/ grijze of bruine tonen (monochroom) werkt om de verdeling van licht en donker te bepalen voordat je kleuren toevoegt. Dit helpt om een solide basis te leggen voor de uiteindelijke kleur- en tooncontrasten. Doel: Een eerste indruk van volume, lichtinval en sfeer. Je brengt lichtaccenten aan op de juiste vlakken (zoals het voorhoofd, neusbrug, jukbeenderen). Beschouw het model als vlakken door de ronde vormen te vereenvoudigen en onderzoek het lichteffect op de verschillende vormen — hoe het gezicht als sculptuur oplicht.

Voorbeeld van een gezicht, vereenvoudigd in vlakstructuren.
De doodverf is nog steeds relatief sober, maar iets rijker dan de onderschildering. Werk met dunne lagen zodat de onderschildering subtiel doorschemert. Je voegt eventueel al wat lichte huidskleuren of subtiele kleurtonen toe. Deze laag geeft een "doodse" indruk omdat het vlak, bleek en ongepolijst oogt.
Licht
Door zorgvuldig te observeren, bepaal je hoe licht over het gezicht speelt: Ronde vormen (bijv. wang, kin) → Zachte, vloeiende overgangen. Hoekige structuren (bijv. neus, kaaklijn) → Meer contrast tussen licht en donker. Gebruik een kattentong synthetische penseel (maat 8) voor zachte overgangen. Tip: Lichte delen behoeven niet altijd overal witte verf, soms volstaat het om de omgeving en schaduwen juist wat meer aan te zetten. Kortom, observeer goed!
Schaduw
Donkere schaduwen (achtergrond en diepe schaduwen) → Dunne, transparante lagen gebrande omber en/of ivoorzwart. Lichte schaduwen (overgangsgebieden zoals wangen, kaaklijn, nek) → Gebruik hier een heel dun laagje omber en zwart in plaats van direct met wit te werken. Gebruik een brede kwast voor de grote vlakken en een kleiner ronder penseel voor de subtiele schaduwovergangen. Schaduw in de oogholtes, onder de neus en kin → eventueel al warme tonen toevoegen om de meestal warme reflecties uit de omgeving mee te nemen.
Licht
Door zorgvuldig te observeren, bepaal je hoe licht over het gezicht speelt: Ronde vormen (bijv. wang, kin) → Zachte, vloeiende overgangen. Hoekige structuren (bijv. neus, kaaklijn) → Meer contrast tussen licht en donker. Gebruik een kattentong synthetische penseel (maat 8) voor zachte overgangen. Tip: Lichte delen behoeven niet altijd overal witte verf, soms volstaat het om de omgeving en schaduwen juist wat meer aan te zetten. Kortom, observeer goed!
Schaduw
Donkere schaduwen (achtergrond en diepe schaduwen) → Dunne, transparante lagen gebrande omber en/of ivoorzwart. Lichte schaduwen (overgangsgebieden zoals wangen, kaaklijn, nek) → Gebruik hier een heel dun laagje omber en zwart in plaats van direct met wit te werken. Gebruik een brede kwast voor de grote vlakken en een kleiner ronder penseel voor de subtiele schaduwovergangen. Schaduw in de oogholtes, onder de neus en kin → eventueel al warme tonen toevoegen om de meestal warme reflecties uit de omgeving mee te nemen.
een keuze momentje
Twee opties voor het
maken van je grisaille
maken van je grisaille
In deze fase breng je meer contrast en vorm in het schilderij aan door het ophogen van lichte partijen. Weinig tot niet verdunnen, je wil vetter werken dan de vorige (verdunde) laag. Werk met een smalle of brede ronde kwast om de vormen te behouden en niet direct in details te verzanden. Begin met dunne laagjes wit en voeg dikker wit toe op plekken met de sterkste lichtval. Dunne laagjes wit zorgen voor subtiele oplichting. Dikkere witte verf brengt volume en nadruk op de belichte delen. Gebruik een vochtige doek of droge kwast om overgangen zachter te maken. Voordat je begint, dien je echter een keus te maken...
Optie 1. grisaille op basis van lichte zones
Deze methode is gebaseerd op chiaroscuro (licht-donker contrast). Met titaanwit (eventueel gemengd met een beetje omber of grijs) bouw je geleidelijk de lichte zones op in transparante of dekkende lagen.
De schaduwen laat je grotendeels ongemoeid: het donker van de imprimatura vormt al het schaduwgebied.
Materiaal: Titaanwit (eventueel gemengd met Gele of oranje Oker voor warmte)

Grisaille met Titaanwit over gebrande omber onderschildering
Optie 2. grisaille inclusief schaduwen
Deze aanpak is systematischer. Je gebruikt meestal titaanwit en Van Dijckbruin (of ivoorzwart) om een reeks toonwaarden te mengen (bijv. wit, lichtgrijs, middengrijs, donkergrijs/zwart).
Daarmee schilder je het volledige portret of figuur, inclusief schaduwen en halftonen, als een soort zwart-witfoto.
Materiaal: - Titaanwit (eventueel gemengd met Gele of oranje Oker voor warmte)
- Van Duijk Bruin of ivoorzwart (eventueel gemengd met rauwe of gebrande omber voor warmte, of ultramrijn voor koelere tint)
- Van Duijk Bruin of ivoorzwart (eventueel gemengd met rauwe of gebrande omber voor warmte, of ultramrijn voor koelere tint)

Grisaille met 4 tinten tussen Titaanwit en Ivoorzwart

Tweede ronde grisaille, verder bijwerken details
de grisaille komt tot leven
Stap 7: Kleur
Zorg dat de Grisaille volledig droog is voordat je verdergaat. Dit duurt meestal 5 dagen tot een 1,5 week. Met name dikkere lagen wit zullen langzaam drogen. Als de verf nog nat is, kunnen de kleuren onbedoeld mengen of kan de verf later barsten. In deze fase werk je met subtiele kleurnuances en blijf je zuinig met het aantal kleuren. We verdunnen onze verf niet meer met water of terpentine. De kleur wordt opgebouwd in magere dunne, transparante lagen met een klein beetje medium om de grisaille niet te verliezen.
Waarom we werken met mediums
Vanaf deze fase ga je schildermediums gebruiken om je verf meer karakter te geven. Een medium pas je toe om je verf vloeiender, transparanter of juist vetter te maken – afhankelijk van wat je wilt bereiken.
Zonder medium is verf opaak en stroef (zoals uit de tube). Met medium wordt verf soepeler, vetter en dieper van kleur. En wat is het verschil tussen het gebruik van een schilder medium en het mengen van de Cobra verf met water? Met water verdund wordt Cobra-verf ook transparanter maar tegelijkertijd wordt het matter.en magerder. Het heeft een minder goede hechting dan olien.
Vanaf deze fase ga je schildermediums gebruiken om je verf meer karakter te geven. Een medium pas je toe om je verf vloeiender, transparanter of juist vetter te maken – afhankelijk van wat je wilt bereiken.
Zonder medium is verf opaak en stroef (zoals uit de tube). Met medium wordt verf soepeler, vetter en dieper van kleur. En wat is het verschil tussen het gebruik van een schilder medium en het mengen van de Cobra verf met water? Met water verdund wordt Cobra-verf ook transparanter maar tegelijkertijd wordt het matter.en magerder. Het heeft een minder goede hechting dan olien.
Fase 1: Grisaille schoonmaken en opfrissen
Voor een goede hechting reinig je je doek of paneel eerst. Meng in een potje: 1 deel ammonia + 5 delen water. Gebruik een katoenen lapje (bijv. van een oud T-shirt), bevochtig het licht met het mengsel en veeg je ondergrond schoon. Laat 5–10 minuten drogen.
Voor een goede hechting reinig je je doek of paneel eerst. Meng in een potje: 1 deel ammonia + 5 delen water. Gebruik een katoenen lapje (bijv. van een oud T-shirt), bevochtig het licht met het mengsel en veeg je ondergrond schoon. Laat 5–10 minuten drogen.
Optioneel – ‘Oiling out’
Als je grisaille erg dof of mat oogt, kun je het oppervlak licht conditioneren vóór je doorgaat met schilderen. Dit voorkomt dat je volgende laag wegzinkt in de ondergrond; Neem een paar druppels Cobra Painting Medium of Solvent-Free Medium. Breng het héél dun aan met een zachte doek of platte kwast. Laat het kort intrekken (max. 1–2 minuten). Dep of veeg overtollig medium weg – het mag niet nat of plakkerig zijn. Je ondergrond voelt nu zijdezacht aan. Je kunt direct doorgaan met schilderen.
Als je grisaille erg dof of mat oogt, kun je het oppervlak licht conditioneren vóór je doorgaat met schilderen. Dit voorkomt dat je volgende laag wegzinkt in de ondergrond; Neem een paar druppels Cobra Painting Medium of Solvent-Free Medium. Breng het héél dun aan met een zachte doek of platte kwast. Laat het kort intrekken (max. 1–2 minuten). Dep of veeg overtollig medium weg – het mag niet nat of plakkerig zijn. Je ondergrond voelt nu zijdezacht aan. Je kunt direct doorgaan met schilderen.
Fase 2: Transparante kleurzweem van ongemengde kleuren
We gaan werken met kleur! In deze fase brengen we kleur aan zonder deze te mengen op het palet. Op het doek zetten we de kleuren naast elkaar waardoor ze optisch mengen in plaats van fysiek op het palet. We gebruiken daarvoor enkele (half)transparante verfkleuren in hun pure vorm. Het is niet erg om in deze fase iets overdreven kleurverschillen te zien, dat verzachten we in een latere fase.
Neem je tijd, werk extreem dun en schilder dus niet alles dicht in deze fase. Laat bewust grijze delen van de grisaille doorschemeren. Je legt slechts een eerste kleurige waas over je grisaille.
Benodigdheden
Penselen:
Gebruik een zachte ronde synthetische penseel (maat 4-8) voor kleine zones en een zachte synthetische kattentong penseel voor grotere.
Kleuren: (Geen wit!)
◫ 411 Gebrande Sienna +++
□ 265 Transparant Oxidegeel +++
□ 504 Ultramarijn Blauw +++
◫ 389 Kraplak rood +++
◫ 409 Gebrande Omber +++
◫ 408 Rauwe Omber +++
Eventueel;
◫ 629 Groene aarde +++
□ 419 Rode Oker +++
Medium:
Cobra painting medium 091 verhoogt de vloei en maakt de verf vetter. Het verhoogt transparantie, verhoogt glans en vervaagt de penseelstreek met slechts enkele druppels.
We gaan werken met kleur! In deze fase brengen we kleur aan zonder deze te mengen op het palet. Op het doek zetten we de kleuren naast elkaar waardoor ze optisch mengen in plaats van fysiek op het palet. We gebruiken daarvoor enkele (half)transparante verfkleuren in hun pure vorm. Het is niet erg om in deze fase iets overdreven kleurverschillen te zien, dat verzachten we in een latere fase.
Neem je tijd, werk extreem dun en schilder dus niet alles dicht in deze fase. Laat bewust grijze delen van de grisaille doorschemeren. Je legt slechts een eerste kleurige waas over je grisaille.
Benodigdheden
Penselen:
Gebruik een zachte ronde synthetische penseel (maat 4-8) voor kleine zones en een zachte synthetische kattentong penseel voor grotere.
Kleuren: (Geen wit!)
◫ 411 Gebrande Sienna +++
□ 265 Transparant Oxidegeel +++
□ 504 Ultramarijn Blauw +++
◫ 389 Kraplak rood +++
◫ 409 Gebrande Omber +++
◫ 408 Rauwe Omber +++
Eventueel;
◫ 629 Groene aarde +++
□ 419 Rode Oker +++
Medium:
Cobra painting medium 091 verhoogt de vloei en maakt de verf vetter. Het verhoogt transparantie, verhoogt glans en vervaagt de penseelstreek met slechts enkele druppels.
ps: penselen goed uitwassen en drogen!

Palet indeling per kleurgroep
Palet ordenen
Ben je rechtshandig? Plaats je palet dan rechts van je schilderij en zorg dat deze ongeveer evenveel licht vangt als je doek. Verdeel je verf in toefjes van minimaal een centimeter groot langs de buitenranden van je (bijv. een rechthoekig, A3 formaat) palet in steeds dezelfde 4 groepen:
Links: Geel/ oranjetinten
Boven: Roden (incl gebrande sienna)
Rechts: Blauw/ Violet
Onder: Groen (incl omber naturel)
Linksonder: Wit
Rechtsonder: Zwart
Ben je rechtshandig? Plaats je palet dan rechts van je schilderij en zorg dat deze ongeveer evenveel licht vangt als je doek. Verdeel je verf in toefjes van minimaal een centimeter groot langs de buitenranden van je (bijv. een rechthoekig, A3 formaat) palet in steeds dezelfde 4 groepen:
Links: Geel/ oranjetinten
Boven: Roden (incl gebrande sienna)
Rechts: Blauw/ Violet
Onder: Groen (incl omber naturel)
Linksonder: Wit
Rechtsonder: Zwart
Medium mengen met je verf
Voeg een kleine hoeveelheid medium in druppeltjes toe aan de verschillende toefjes verf op je palet. Dit kan met een pipet of door de achterkant van je penseel in het medium te dippen en vervolgens naast de verf op je palet te laten druppelen. Begin met 10–20% medium t.o.v. de verf. Een druppeltje naast je verf is vaak genoeg. Te veel medium? → de verf wordt dun, transparant en moeilijk te beheersen. Te weinig? → nauwelijks effect, droogt sneller, minder vloei. Meng het medium met je paletmes door de verf tot het homogeen is. Je moet een egale, iets soepelere verf krijgen dan puur uit de tube. Je merkt dat de verf iets vloeiender en glanzender wordt, maar nog steeds controleerbaar is.
Voeg een kleine hoeveelheid medium in druppeltjes toe aan de verschillende toefjes verf op je palet. Dit kan met een pipet of door de achterkant van je penseel in het medium te dippen en vervolgens naast de verf op je palet te laten druppelen. Begin met 10–20% medium t.o.v. de verf. Een druppeltje naast je verf is vaak genoeg. Te veel medium? → de verf wordt dun, transparant en moeilijk te beheersen. Te weinig? → nauwelijks effect, droogt sneller, minder vloei. Meng het medium met je paletmes door de verf tot het homogeen is. Je moet een egale, iets soepelere verf krijgen dan puur uit de tube. Je merkt dat de verf iets vloeiender en glanzender wordt, maar nog steeds controleerbaar is.
Test je mengsel even op een restje doek/paneel. Kijk of het prettig strijkt, niet te waterig is, en of je gewenste dekking bereikt. Liever eerst te weinig medium dan te veel — je kunt altijd nog wat bijmengen.
Aan de slag met kleur
Over het algemeen geldt bij gezichten een regel dat de bovenste zone (voorhoofd) met minder bloedvaten meer gelig van tint is. De middenzone met meer bloedvaten (neus, wangen, oren) roodachtig of rozig en de onderste zone met dikkere huid en minder duidelijk zichtbare doorbloeding (kin, kaaklijn, hals) koeler, grijziger, groenig/blauwig. Bij mannen kan baardgroei dit effect nog versterken.
Aanpak en volgorde:
Over het algemeen geldt bij gezichten een regel dat de bovenste zone (voorhoofd) met minder bloedvaten meer gelig van tint is. De middenzone met meer bloedvaten (neus, wangen, oren) roodachtig of rozig en de onderste zone met dikkere huid en minder duidelijk zichtbare doorbloeding (kin, kaaklijn, hals) koeler, grijziger, groenig/blauwig. Bij mannen kan baardgroei dit effect nog versterken.
Aanpak en volgorde:
1. Schaduwen
Begin met de donkere zones, omdat die meteen vorm en diepte geven: Gebrande omber voor diepe schaduwen (oogkassen, neus-zijde, kaaklijn) Rauwe omber voor zachtere, koelere schaduwvlakken (nek, wangen onder de jukbeenderen) Als je hiermee begint, zie je al snel de plasticiteit van het gezicht ontstaan, en voorkom je dat lichtere kleuren diepte wegnemen.
Begin met de donkere zones, omdat die meteen vorm en diepte geven: Gebrande omber voor diepe schaduwen (oogkassen, neus-zijde, kaaklijn) Rauwe omber voor zachtere, koelere schaduwvlakken (nek, wangen onder de jukbeenderen) Als je hiermee begint, zie je al snel de plasticiteit van het gezicht ontstaan, en voorkom je dat lichtere kleuren diepte wegnemen.
2. Koele reflecties
Breng ultramarijn spaarzaam aan in koelere schaduwgebieden (bijv. onder de kin, aan de zijkant van het voorhoofd of langs de kaaklijn). Dit versterkt de illusie van ruimte en omgeving.
Breng ultramarijn spaarzaam aan in koelere schaduwgebieden (bijv. onder de kin, aan de zijkant van het voorhoofd of langs de kaaklijn). Dit versterkt de illusie van ruimte en omgeving.
3. Algemene huidskleurzweem
Nu leg je een zachte warme basis over de huidgebieden: Transparant oxidegeel over het voorhoofd, neusbrug, slapen, wangen (de grotere lichte zones) Gebrande sienna indien je iets meer warmte wilt aanbrengen bij oogleden, neusvleugels of oren
Nu leg je een zachte warme basis over de huidgebieden: Transparant oxidegeel over het voorhoofd, neusbrug, slapen, wangen (de grotere lichte zones) Gebrande sienna indien je iets meer warmte wilt aanbrengen bij oogleden, neusvleugels of oren
4. Warme accenten / blozen
Breng als laatste subtiel: Kraplak rood op de wangen, neusvleugels, kin, lipcontouren. Doe dit echt op het eind, want het is de meest uitgesproken kleur en kan snel te intens worden.
Breng als laatste subtiel: Kraplak rood op de wangen, neusvleugels, kin, lipcontouren. Doe dit echt op het eind, want het is de meest uitgesproken kleur en kan snel te intens worden.

Fase 3: Kleurmodellering met gemengd kleuren
Nu pas gaan we kleuren mengen op het palet. De gemengde kleuren gaan we met kleinere, subtielere toetsen op het doek zetten. Begin met transparante donkere kleuren. Vermijd zwart of bruin als standaard schaduwkleuren. Probeer donkerrood of donkerblauw. Zet de kleuren naast elkaar op het doek en veeg ze op sommige plaatsen in elkaar. Daarna gaan we over op de meer dekkende lichte delen door onze kleuren te mengen met dekkend titaanwit.
Benodigdheden
Penselen:
Gebruik een zachte ronde synthetische penseel (maat 4-8) voor kleine zones en een zachte synthetische kattentong penseel voor grotere.
Kleuren:
◪ 311 Vermiljoen +++
■ 303 Cadmium rood (licht) +++
■ 105 Titaanwit (geen zinkwit) +++
■ 701 Ivoorzwart (Beenderzwart) +++
◪ 403 Van Dijk Bruin +++
◫ 411 Gebrande Sienna +++
□ 265 Transparant Oxidegeel +++
Medium:
Cobra painting medium (Nu iets royaler, ongeveer 1 deel medium op 3 delen verf)
Nu pas gaan we kleuren mengen op het palet. De gemengde kleuren gaan we met kleinere, subtielere toetsen op het doek zetten. Begin met transparante donkere kleuren. Vermijd zwart of bruin als standaard schaduwkleuren. Probeer donkerrood of donkerblauw. Zet de kleuren naast elkaar op het doek en veeg ze op sommige plaatsen in elkaar. Daarna gaan we over op de meer dekkende lichte delen door onze kleuren te mengen met dekkend titaanwit.
Benodigdheden
Penselen:
Gebruik een zachte ronde synthetische penseel (maat 4-8) voor kleine zones en een zachte synthetische kattentong penseel voor grotere.
Kleuren:
◪ 311 Vermiljoen +++
■ 303 Cadmium rood (licht) +++
■ 105 Titaanwit (geen zinkwit) +++
■ 701 Ivoorzwart (Beenderzwart) +++
◪ 403 Van Dijk Bruin +++
◫ 411 Gebrande Sienna +++
□ 265 Transparant Oxidegeel +++
Medium:
Cobra painting medium (Nu iets royaler, ongeveer 1 deel medium op 3 delen verf)
Kleuren mengen per zone
Voorhoofd, neus, lippen en jukbeenderen:
Transparant Oxidegeel (puur of met 10% Rode oker) voor warme diepte. Mespuntje Kraplak voor vleugje roze, zeer zuinig! Breng dun aan voor een zonovergoten huidtint, versterkt het volume.
Wangen en neusbrug (tussen de ogen)
2 delen roodoker + 1 deel transparant oxide geel, voor een warme blos, voorzichtig met hoeveelheid, zacht laten overlopen.
Lippen en neusbasis (onderkant neus)
Rode oker + minitikje gebrande sienna geeft een diep warme kleur. Natuurlijk rood zonder oververzadiging.
Subtiel koele schaduwen oogkassen, kin en slapen
2 delen transparant oxide geel + 1 deel ultramarijn mengen met medium geven een olijfachtig groene kleur voor de onderzijde kaak, nekschaduw, binnenzijde oogkas en slaap.
Neutrale schaduw onderzijde kaak en hals
1 deel ultramarijn + 1 deel gebrande sienna geeft neutraal koele schaduw en diepte zonder grauw te worden. Eventueel Groene aarde gebruiken voor subtiele schaduwen.
Voorhoofd, neus, lippen en jukbeenderen:
Transparant Oxidegeel (puur of met 10% Rode oker) voor warme diepte. Mespuntje Kraplak voor vleugje roze, zeer zuinig! Breng dun aan voor een zonovergoten huidtint, versterkt het volume.
Wangen en neusbrug (tussen de ogen)
2 delen roodoker + 1 deel transparant oxide geel, voor een warme blos, voorzichtig met hoeveelheid, zacht laten overlopen.
Lippen en neusbasis (onderkant neus)
Rode oker + minitikje gebrande sienna geeft een diep warme kleur. Natuurlijk rood zonder oververzadiging.
Subtiel koele schaduwen oogkassen, kin en slapen
2 delen transparant oxide geel + 1 deel ultramarijn mengen met medium geven een olijfachtig groene kleur voor de onderzijde kaak, nekschaduw, binnenzijde oogkas en slaap.
Neutrale schaduw onderzijde kaak en hals
1 deel ultramarijn + 1 deel gebrande sienna geeft neutraal koele schaduw en diepte zonder grauw te worden. Eventueel Groene aarde gebruiken voor subtiele schaduwen.
Wenkbrauwen en haargrens
2 delen gebrande sienna + 1 deel ultramarijn geeft aards warm grijzige tint voor natuurlijke schaduwen, ook rond de slaap en haargrens. Eventueel Groene aarde gebruiken voor subtiele schaduwen.
Tip: Quick Drying medium Cobra
Gebruik eventueel een 'Quick drying Medium' om de verf sneller te laten drogen en transparanter te maken. Wees zuinig, anders wordt de verf een vettige saus.
2 delen gebrande sienna + 1 deel ultramarijn geeft aards warm grijzige tint voor natuurlijke schaduwen, ook rond de slaap en haargrens. Eventueel Groene aarde gebruiken voor subtiele schaduwen.
Tip: Quick Drying medium Cobra
Gebruik eventueel een 'Quick drying Medium' om de verf sneller te laten drogen en transparanter te maken. Wees zuinig, anders wordt de verf een vettige saus.
Fase 4: Glaceren & Textuur
Glaceren is het aanbrengen van een dunne, transparante laag over een droge onderlaag. Dit verdiept kleuren en verhoogt contrasten. Kleuren die mat en dof leken, worden voller en levendiger, terwijl warme kleuren intenser en koelere tinten glanzender worden. Een glacering maakt de onderliggende laag donkerder, terwijl Scumbling (fase 5) de laag juist lichter maakt.
Werk in meerdere dunne lagen voor de beste dieptewerking, maar laat de lagen volledig drogen voordat je er een nieuwe glacis laag overheen aanbrengt. Je kunt op één dag prima meerdere glaciskleuren aanbrengen in verschillende gebieden, zolang je niet over elkaar heen werkt. Droogtijd 1 (dunne matig vette lagen) tot 5 dagen (Dikke, vettige lagen).
Benodigdheden glaceren:
Penselen:
Gebruik een zachte ronde synthetische penseel (maat 4-8) voor kleine zones en een zachte synthetische kattentong penseel voor grotere.
Kleuren:
◫ 411 Gebrande Sienna +++
□ 265 Transparant Oxidegeel +++
□ 504 Ultramarijn Blauw +++
◫ 389 Kraplak rood +++
◫ 409 Gebrande Omber +++
Optioneel:
◫ 629 Groene aarde +++
Medium:
Cobra Glazing medium (Hoog vetgehalte, zeer vloeiend en glanzend. Mengen in 1:1 of zelfs meer medium dan verf.
Glaceren is het aanbrengen van een dunne, transparante laag over een droge onderlaag. Dit verdiept kleuren en verhoogt contrasten. Kleuren die mat en dof leken, worden voller en levendiger, terwijl warme kleuren intenser en koelere tinten glanzender worden. Een glacering maakt de onderliggende laag donkerder, terwijl Scumbling (fase 5) de laag juist lichter maakt.
Werk in meerdere dunne lagen voor de beste dieptewerking, maar laat de lagen volledig drogen voordat je er een nieuwe glacis laag overheen aanbrengt. Je kunt op één dag prima meerdere glaciskleuren aanbrengen in verschillende gebieden, zolang je niet over elkaar heen werkt. Droogtijd 1 (dunne matig vette lagen) tot 5 dagen (Dikke, vettige lagen).
Benodigdheden glaceren:
Penselen:
Gebruik een zachte ronde synthetische penseel (maat 4-8) voor kleine zones en een zachte synthetische kattentong penseel voor grotere.
Kleuren:
◫ 411 Gebrande Sienna +++
□ 265 Transparant Oxidegeel +++
□ 504 Ultramarijn Blauw +++
◫ 389 Kraplak rood +++
◫ 409 Gebrande Omber +++
Optioneel:
◫ 629 Groene aarde +++
Medium:
Cobra Glazing medium (Hoog vetgehalte, zeer vloeiend en glanzend. Mengen in 1:1 of zelfs meer medium dan verf.
Fase 5: Scumbling
Wat is Scumbling? Scumbling brengt eigenlijk het tegenovergestelde effect van glaceren. Het betreft het aanbrengen van een droge, halfdekkende of dekkende lichtere verflaag over een donkere, droge ondergrond. In tegenstelling tot glaceren, waarbij transparantie centraal staat, is scumbling juist bedoeld om delen van je schilderij op te lichten en te verzachten. Het resultaat is vaak een nevelig, diffuus effect, alsof er een waas over de onderliggende verf ligt.
Scumbling werkt het beste met een stugge, droge kwast of zelfs met je vinger of doek, waarmee je de verf zachtjes over het oppervlak wrijft. Hierdoor blijven de reliëfs en texturen van de onderlaag zichtbaar, wat een levendige, atmosferische gelaagdheid geeft. Gebruik bij voorkeur lichtere kleuren en zorg dat de verf niet te nat is — de kracht zit juist in het subtiele, droge aanbrengen.
Wat is Scumbling? Scumbling brengt eigenlijk het tegenovergestelde effect van glaceren. Het betreft het aanbrengen van een droge, halfdekkende of dekkende lichtere verflaag over een donkere, droge ondergrond. In tegenstelling tot glaceren, waarbij transparantie centraal staat, is scumbling juist bedoeld om delen van je schilderij op te lichten en te verzachten. Het resultaat is vaak een nevelig, diffuus effect, alsof er een waas over de onderliggende verf ligt.
Scumbling werkt het beste met een stugge, droge kwast of zelfs met je vinger of doek, waarmee je de verf zachtjes over het oppervlak wrijft. Hierdoor blijven de reliëfs en texturen van de onderlaag zichtbaar, wat een levendige, atmosferische gelaagdheid geeft. Gebruik bij voorkeur lichtere kleuren en zorg dat de verf niet te nat is — de kracht zit juist in het subtiele, droge aanbrengen.
Benodigdheden Scumbling:
Penselen:
Gebruik stugge kwasten (plat of rond, maat 4–10) Oude, ietwat versleten penselen zijn ook geschikt – juist omdat ze minder verf vasthouden en textuur geven. Eventueel een sponsje, doekje of je vinger voor zachte overgangen of vegen
Kleuren:
Gebruik bij voorkeur lichtere, halfdekkende tot dekkende kleuren voor het oplichten van vormen, zoals:
◻ 105 Titaanwit +++
◻ 282 Napelsgeel licht +++
◻ 224 Okergeel licht +++
◻ 243 Lichtrood +++
◻ 522 Cobaltblauw licht +++
(Let op: kies kleuren die passen bij je onderliggende toon en sfeer)
Gebruik bij voorkeur lichtere, halfdekkende tot dekkende kleuren voor het oplichten van vormen, zoals:
◻ 105 Titaanwit +++
◻ 282 Napelsgeel licht +++
◻ 224 Okergeel licht +++
◻ 243 Lichtrood +++
◻ 522 Cobaltblauw licht +++
(Let op: kies kleuren die passen bij je onderliggende toon en sfeer)
Medium (optioneel):
Geen of nauwelijks medium gebruiken. Je wilt een droge toets, dus meng hooguit een klein beetje met een mager medium of schilder rechtstreeks uit de tube.
Geen of nauwelijks medium gebruiken. Je wilt een droge toets, dus meng hooguit een klein beetje met een mager medium of schilder rechtstreeks uit de tube.
Laat ook deze lagen goed drogen voordat je eventueel verder werkt met nieuwe glacerende of dekkende verf.
de laatste fase van je klassieke portret
Stap 8: Accenten en afwerking
Nu komt het aan op gevoel en finesse, vertrouw op je schildershand. Rembrandt wilde zijn doeken niet perse glad hebben, er mogen streken en reliëf zichtbaar worden met dikke plakken verf. (Impasto) Door sommige delen vaag te maken en andere scherp te houden, kun je diepte en perspectief versterken. Wissel losse, expressieve penseelstreken af met precieze details voor een dynamisch en levendig schilderij.
Leef je doordacht uit
Herstel foutjes door het weg te halen met paletmes, vinger of doek. Schilderen is soms ook juist verf weghalen. Voeg als laatste wat subtiele contrasten aan om het spannend te maken. Bijvoorbeeld dikke verf (wit of geel) voor glimlicht zoals op een parel. Maar doe er niet teveel! Wanneer een dikke impasto laag droog is, kun je er weer een andere transparante kleur kleur als lichtgeel overheen schilderen. Denk aan de mouw bij het Joodse Bruid schilderij van rembrandt. Andere delen van het werk laat je juist weer vloeiender en minder impasto op het doek verschijnen. De afwisseling maakt het werk spannend. Varieer met Ruwe en gladde stukken, werk netjes en grof naast klaar. Of kras met achterkant penseel in de natte verf. (haar plukjes glans)
Penselen:
Precieze details - Ronde of fijne synthetische penseel
Losse streken - Filbert of platte kwast (mét veer)
Impasto aanbrengen - Varkenshaar penseel, of paletmes
Krasjes / lijnen - Achterkant penseel, penseelsteel
Wegvegen / corrigeren - Doekje of vinger
Kleuren:
◪ 311 Vermiljoen +++
□ 265 Transparant Oxidegeel +++
◫ 389 Kraplak rood +++
■ 105 Titaanwit (geen zinkwit) +++
□ 504 Ultramarijn Blauw +++
◪ 403 Van Dijk Bruin +++
■ 227 Gele Oker +++
■ 303 Cadmium rood (licht) +++
Medium:
Herstel foutjes door het weg te halen met paletmes, vinger of doek. Schilderen is soms ook juist verf weghalen. Voeg als laatste wat subtiele contrasten aan om het spannend te maken. Bijvoorbeeld dikke verf (wit of geel) voor glimlicht zoals op een parel. Maar doe er niet teveel! Wanneer een dikke impasto laag droog is, kun je er weer een andere transparante kleur kleur als lichtgeel overheen schilderen. Denk aan de mouw bij het Joodse Bruid schilderij van rembrandt. Andere delen van het werk laat je juist weer vloeiender en minder impasto op het doek verschijnen. De afwisseling maakt het werk spannend. Varieer met Ruwe en gladde stukken, werk netjes en grof naast klaar. Of kras met achterkant penseel in de natte verf. (haar plukjes glans)
Penselen:
Precieze details - Ronde of fijne synthetische penseel
Losse streken - Filbert of platte kwast (mét veer)
Impasto aanbrengen - Varkenshaar penseel, of paletmes
Krasjes / lijnen - Achterkant penseel, penseelsteel
Wegvegen / corrigeren - Doekje of vinger
Kleuren:
◪ 311 Vermiljoen +++
□ 265 Transparant Oxidegeel +++
◫ 389 Kraplak rood +++
■ 105 Titaanwit (geen zinkwit) +++
□ 504 Ultramarijn Blauw +++
◪ 403 Van Dijk Bruin +++
■ 227 Gele Oker +++
■ 303 Cadmium rood (licht) +++
Medium:
Impasto - Recht uit de tube, eventueel met Cobra Painting Paste voor body
Transparante sluier over impasto - Cobra Glazing Medium – dun en glanzend
Details modelleren - Cobra Painting Medium (licht vet, maar nog controleerbaar)
Transparante sluier over impasto - Cobra Glazing Medium – dun en glanzend
Details modelleren - Cobra Painting Medium (licht vet, maar nog controleerbaar)
Vermijd water, gebruik alleen olie-compatibele mediums — vanaf deze fase werk je "vet".
weetjes over klassiek portretschilderen
Veelgestelde vragen
Wat betekent het vet over mager principe?
Vet over mager betekent dat elke nieuwe laag verf meer olie of medium bevat dan de vorige. Dit voorkomt barsten en zorgt voor een duurzame schildering waarbij de verf goed hecht.
Hoe gebruik je glaceermedium?
Glaceermedium wordt toegevoegd aan transparante kleuren om dunne, doorschijnende lagen vol vloei te creëren, wat de diepte en helderheid van kleuren versterkt.
Welke kleuren zijn het beste voor glaceren?
Transparante kleuren zoals Kraplakrood, Gebrande Sienna, Gebrande Omber, Transparant Oxidegeel en Ultramarijn Blauw werken het beste voor glaceren.
Wat betekent Oiling Out?
Oiling out is het aanbrengen van een dunne laag olie (of oliehoudend medium) op een dof of ongelijkmatig opgedroogd schilderijoppervlak, zodat de kleuren weer egaal lijken.
Hoe creëer je een impasto-effect?
Gebruik dikke verf zoals Titaanwit, eventueel gemengd met modelleer pasta, marmer- of krijtpoeder en breng dit aan met een paletmes of spatel.
Wat is het belang van een grisaille onderschildering?
Een grisaille helpt bij het vastleggen van licht en schaduw voordat de kleuren worden aangebracht, waardoor het schilderij meer diepte krijgt.
Vet over mager betekent dat elke nieuwe laag verf meer olie of medium bevat dan de vorige. Dit voorkomt barsten en zorgt voor een duurzame schildering waarbij de verf goed hecht.
Hoe gebruik je glaceermedium?
Glaceermedium wordt toegevoegd aan transparante kleuren om dunne, doorschijnende lagen vol vloei te creëren, wat de diepte en helderheid van kleuren versterkt.
Welke kleuren zijn het beste voor glaceren?
Transparante kleuren zoals Kraplakrood, Gebrande Sienna, Gebrande Omber, Transparant Oxidegeel en Ultramarijn Blauw werken het beste voor glaceren.
Wat betekent Oiling Out?
Oiling out is het aanbrengen van een dunne laag olie (of oliehoudend medium) op een dof of ongelijkmatig opgedroogd schilderijoppervlak, zodat de kleuren weer egaal lijken.
Hoe creëer je een impasto-effect?
Gebruik dikke verf zoals Titaanwit, eventueel gemengd met modelleer pasta, marmer- of krijtpoeder en breng dit aan met een paletmes of spatel.
Wat is het belang van een grisaille onderschildering?
Een grisaille helpt bij het vastleggen van licht en schaduw voordat de kleuren worden aangebracht, waardoor het schilderij meer diepte krijgt.
Wat is scumbling?
Scumbling is het aanbrengen van een droge, halfdekkende of dekkende lichtere verflaag over een donkere, droge ondergrond. Het resultaat is vaak een nevelig, diffuus effect.
Scumbling is het aanbrengen van een droge, halfdekkende of dekkende lichtere verflaag over een donkere, droge ondergrond. Het resultaat is vaak een nevelig, diffuus effect.
over de schrijver
Een stukje achtergrond
over Vincent Brons
over Vincent Brons